Historische werken

Lucubratiuncula de Batavorum insula ; Historia Batavica ; Germaniae Inferioris historiae ; Germanicarum historiarum illustratio

Prijs € 29,00

Uitverkocht

G. Geldenhouwer

Paperback | Januari 1998 |

Beoordeel dit boek als eerste!

Beschrijving

In het boekhistorisch onderzoek legt men de nadruk op de `biografie van het boek': dat wil zeggen de plaats die het gedrukte woord binnen de cultuurgeschiedenis inneemt. De boekwetenschapper bestudeert het boek als materieel object en als tekstdrager: hij beschrijft de uiterlijke vorm (band, papier, lettertype, illustraties en formaat) en verricht onderzoek naar de produktie, distributie en consumptie van boeken. De wetenschap van het boek `nieuwe stijl' is nu veertig jaar oud en in de afgelopen periode is er binnen het vakgebied veel gebeurd. In Gedrukt in Holland, themanummer van het tijdschrift Holland, staan diverse aspecten uit de wereld van het boek centraal. De aandacht van bibliografen is altijd overwegend gericht geweest op de technische produktie van drukwerk. Dergelijk onderzoek is nog steeds gaande, maar nu vanuit de overtuiging dat de bevindingen ons inzicht kunnen geven in de wisselwerking tussen auteur, uitgever en het publiek. Paul Dijstelberge gaat in zijn artikel in op de manier waarop boeken in het Amsterdam van de 16e eeuw geproduceerd werden. Centraal daarbij staat het bedrijf van de grote uitgever Cornelis Claesz. In hun bijdrage over de katholieke drukker/uitgever Claes Braau (circa 1636-1707) laten Gabrielle Dorren en Garrelt Verhoeven de twee gezichten van diens bedrijf zien. Als zogenaamde brooddrukker wist Braau zijn bedrijf financieel gezond te houden. Maar belangrijker was zijn uitgeversstrategie. Hij richtte zich in de eerste plaats met zijn katholieke uitgaven op de gelijkgezinde lezers in Haarlem en toonde zich een slim ondernemer die precies wist hoe hij dit publiek aan zich kon binden. Geïllustreerde boeken staan van oudsher in de belangstelling van boekwetenschappers en kunsthistorici, maar titelprenten hebben veel minder aandacht gekregen. E.O.G. Haitsma Mulier laat zien op welke wijze gegraveerde titelprenten informatie geven over de geschiedopvatting en intenties van Nederlandse historische werken uit de vroegmoderne tijd. Estienne Roger en Michel-Charles le Cène waren aan het begin van de 18e eeuw vooraanstaande muziekuitgevers. Uitgevers van bladmuziek richtten zich in de 17e eeuw nog op de lokale en nationale markt, maar met de eeuwwisseling kwam daar verandering in. Uit het artikel van Rudolf Rasch blijkt de invloed van genoemde uitgevers op de ontwikkeling en verbreiding van de muziekdruk. Het kopen en lezen van boeken is lange tijd het ondergeschoven kindje van de boekwetenschap geweest. De laatste jaren proberen historici aan de hand van veilingcatalogi en boedelinventarissen ook de wereld van de lezer te reconstrueren. José de Kruif bekeek 18e-eeuwse Haagse inventarissen en constateert dat boekbezit niet aan één sociale klasse voorbehouden was. Vooral theologische en geschiedkundige werken waren in de meeste huishoudens voorhanden. Onno de Wit koppelt in zijn artikel de activiteiten van de Leidse drukker/uitgever A.W. Sijthoff aan het type van de `innovatieve' ondernemer dat in de 19e eeuw zijn opwachting maakte, en levert daarmee een bijdrage aan de economische geschiedenis van boekhandel en uitgeverij. Persoonlijke getuigenissen van typografen en uitgevers zijn, vooral in de vroegmoderne tijd, helaas een zeldzaam verschijnsel. Daarom is het belangrijk dat de ervaringen van personen uit het 20e-eeuwse boekenvak wel geboekstaafd worden. Dick Dooijes was lange tijd werkzaam in de lettergieterij van Tetterode. Hij beschrijft de samenwerking tussen het bedrijf en de beroemde letterontwerper Sjoerd H. de Roos en plaatst die binnen de stroomversnelling van technische vernieuwing binnen het boekbedrijf.

Volledige beschrijving

Specificaties

Auteur
G. Geldenhouwer
Uitgever
Verloren b.v., uitgeverij
ISBN
9789065500335
Bindwijze
Paperback
Publicatiedatum
Januari 1998
Categorie
Wetenschappelijk
Taal
Nederlandstalig
Aantal Pagina's
233

Beschrijving

In het boekhistorisch onderzoek legt men de nadruk op de `biografie van het boek': dat wil zeggen de plaats die het gedrukte woord binnen de cultuurgeschiedenis inneemt. De boekwetenschapper bestudeert het boek als materieel object en als tekstdrager: hij beschrijft de uiterlijke vorm (band, papier, lettertype, illustraties en formaat) en verricht onderzoek naar de produktie, distributie en consumptie van boeken. De wetenschap van het boek `nieuwe stijl' is nu veertig jaar oud en in de afgelopen periode is er binnen het vakgebied veel gebeurd. In Gedrukt in Holland, themanummer van het tijdschrift Holland, staan diverse aspecten uit de wereld van het boek centraal. De aandacht van bibliografen is altijd overwegend gericht geweest op de technische produktie van drukwerk. Dergelijk onderzoek is nog steeds gaande, maar nu vanuit de overtuiging dat de bevindingen ons inzicht kunnen geven in de wisselwerking tussen auteur, uitgever en het publiek. Paul Dijstelberge gaat in zijn artikel in op de manier waarop boeken in het Amsterdam van de 16e eeuw geproduceerd werden. Centraal daarbij staat het bedrijf van de grote uitgever Cornelis Claesz. In hun bijdrage over de katholieke drukker/uitgever Claes Braau (circa 1636-1707) laten Gabrielle Dorren en Garrelt Verhoeven de twee gezichten van diens bedrijf zien. Als zogenaamde brooddrukker wist Braau zijn bedrijf financieel gezond te houden. Maar belangrijker was zijn uitgeversstrategie. Hij richtte zich in de eerste plaats met zijn katholieke uitgaven op de gelijkgezinde lezers in Haarlem en toonde zich een slim ondernemer die precies wist hoe hij dit publiek aan zich kon binden. Geïllustreerde boeken staan van oudsher in de belangstelling van boekwetenschappers en kunsthistorici, maar titelprenten hebben veel minder aandacht gekregen. E.O.G. Haitsma Mulier laat zien op welke wijze gegraveerde titelprenten informatie geven over de geschiedopvatting en intenties van Nederlandse historische werken uit de vroegmoderne tijd. Estienne Roger en Michel-Charles le Cène waren aan het begin van de 18e eeuw vooraanstaande muziekuitgevers. Uitgevers van bladmuziek richtten zich in de 17e eeuw nog op de lokale en nationale markt, maar met de eeuwwisseling kwam daar verandering in. Uit het artikel van Rudolf Rasch blijkt de invloed van genoemde uitgevers op de ontwikkeling en verbreiding van de muziekdruk. Het kopen en lezen van boeken is lange tijd het ondergeschoven kindje van de boekwetenschap geweest. De laatste jaren proberen historici aan de hand van veilingcatalogi en boedelinventarissen ook de wereld van de lezer te reconstrueren. José de Kruif bekeek 18e-eeuwse Haagse inventarissen en constateert dat boekbezit niet aan één sociale klasse voorbehouden was. Vooral theologische en geschiedkundige werken waren in de meeste huishoudens voorhanden. Onno de Wit koppelt in zijn artikel de activiteiten van de Leidse drukker/uitgever A.W. Sijthoff aan het type van de `innovatieve' ondernemer dat in de 19e eeuw zijn opwachting maakte, en levert daarmee een bijdrage aan de economische geschiedenis van boekhandel en uitgeverij. Persoonlijke getuigenissen van typografen en uitgevers zijn, vooral in de vroegmoderne tijd, helaas een zeldzaam verschijnsel. Daarom is het belangrijk dat de ervaringen van personen uit het 20e-eeuwse boekenvak wel geboekstaafd worden. Dick Dooijes was lange tijd werkzaam in de lettergieterij van Tetterode. Hij beschrijft de samenwerking tussen het bedrijf en de beroemde letterontwerper Sjoerd H. de Roos en plaatst die binnen de stroomversnelling van technische vernieuwing binnen het boekbedrijf.

Schrijf een recensie

Velden met een * zijn verplicht

Specificaties

Auteur
G. Geldenhouwer
Uitgever
Verloren b.v., uitgeverij
ISBN
9789065500335
Bindwijze
Paperback
Publicatiedatum
Januari 1998
Categorie
Wetenschappelijk
Taal
Nederlandstalig
Aantal Pagina's
233